Keyboard shortcuts

Press or to navigate between chapters

Press S or / to search in the book

Press ? to show this help

Press Esc to hide this help

Settings icon interfaces-header icon ethernet1 icon Ethernet eth1

Goed om te weten: via Instellen op afstand kunt u de Ethernet-instellingen alleen bekijken. U kunt deze instellingen niet aanmaken of bewerken via het portaal. U voert eventuele wijzigingen direct uit op de melder.

Let op: eth1 gebruikt altijd een vast IP-adres.

  • Ga naar Instellingen en scrol naar Interfaces.
  • Kies Ethernet eth1.1
  • Druk op Wijzigen en pas de onderstaande invulvelden aan.
  • Druk op Opslaan om de wijzigingen te bewaren.

Toelichting invulvelden

(Linkerzijde)

Component

Standaard is dit component uitgeschakeld. Druk op het vinkje om het Ethernet eth1-component in te schakelen.

Ethernet eth1

U stelt een vast IP-adres in door het gewenste IP-adres, de default gateway, DNS-servers en de beschikbaarheid van de webinterface op te geven. Lees voor meer uitleg over deze instellingen de pagina’s Instellingen | Ethernet eth0: Rechterzijde: IP-instellingen (voor gebruik vast IP-adres) en Instellingen | Ethernet eth0: Webinterface.

Rechterzijde: Geavanceerd

Duplex en snelheid

Lees voor meer uitleg over deze instellingen de pagina Instellingen | Ethernet eth0: duplex & snelheid aanpassen.

Statische routes

U kunt via het eth1-netwerk statische routes instellen voor communicatie tussen twee gesloten netwerken. Zo kunt u bijvoorbeeld een beheer-pc op het hoofdkantoor toegang geven.

  • Druk op Toevoegen.
  • Vul het Statisch IP-adres en de Prefix in.
  • Vul de Gateway in.
  • Druk op Toevoegen.

Let op: er mag in totaal maar één default gateway zijn. Dit betekent dat wanneer u bij eth1 een default gateway instelt, u bij eth0 een handmatig IP-adres zonder default gateway moet instellen (of andersom).


  1. NIET van toepassing op de Touch.